© 2010 Tekst en muziek: Ad Grooten
Van het album ‘Pater Moeskroen en de Kelten’ (2011)
Het ligt niet aan de mensen
Ze zijn aardig, één voor één
Ik heb niet veel te wensen
Maar voel me alleen
Ben al zolang onderweg en
Een hotel wordt nooit m’n thuis
Dus wat ik wilde zeggen:
Ik kom naar huis
Jij was steeds in mijn gedachten
’t Bleef op mijn netvlies staan
Hoe je liep en hoe je lachte
En elke traan
Zoveel slapeloze nachten
Staarde ik al naar de maan
Lief, ik kan niet langer wachten
Ik kom eraan
Ik zei altijd over reizen:
Het zit me in het bloed
Pas als ik oud en grijs ben
Is het goed
Maar waar die onrust ook vandaan kwam
Ik merk dat ie verdwenen is
Omdat ik het niet meer aankan
Dat ik je mis
Jij was steeds in mijn gedachten
’t Bleef op mijn netvlies staan
Hoe je liep en hoe je lachte
En elke traan
Zoveel slapeloze nachten
Staarde ik al naar de maan
Lief, ik kan niet langer wachten
Ik kom eraan
Lief, het duurt nu nog maar even
De koffers zijn gepakt
Alle zoenen zijn gegeven
En de knopen doorgehakt
Jij was steeds in mijn gedachten
’t Bleef op mijn netvlies staan
Hoe je liep en hoe je lachte
En elke traan
Zoveel slapeloze nachten
Staarde ik al naar de maan
Lief, ik kan niet langer wachten
Ik kom eraan