© 1991 Tekst en muziek: Ad Grooten
Uitgegeven bij Papa’s Music
Te beluisteren op de albums ‘Wilde liefde’ van Pater Moeskroen (1996),
op ‘Waargebeurd’ van Mannen van Naam & Sylvia Houtzager (2017) en op ‘De Duivelsbrug’ van Mannen van Naam (2020)
Hij wacht elke dag bij de grote poort
Maar de kans dat ze komen is maar klein
Hij lacht naar elke auto die binnenkomt
Maar hij huilt van geluk als zij het zijn
Die ene keer in de veertien dagen
Daar wacht ie op, zonder klagen
Met een eindeloos geduld
Het eeuwige verlangen wordt nooit vervuld
Hij woont al twintig jaar op het paviljoen
Maar dat zegt ‘m niets, zo’n getal
Hij moet elke dag z’n werk doen
En meteen daarna zie je ‘m al
Staat ie daar weer heel bedeesd
Te wachten, want hij weet niet meer
Dat ze gisteren al zijn geweest
Het eeuwige verlangen dat nooit geneest
En zijn ouders zijn al lang bejaard
Dus het duurt nog maar een poos
Dan staat ie voor altijd tevergeefs
Te zwaaien naar de auto’s
Bij de poort kun je hem altijd zien
Al zal hij binnenkort misschien
Nooit meer huilen van geluk
Het eeuwige verlangen heeft ons altijd tuk